Toezichthouder heeft achterstand van 9.800 onverwerkte privacyklachten
De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft nog 9.800 privacyklachten in behandeling staan, zo maakt de toezichthouder vrijdagochtend bekend. De AP heeft al langer last van een gebrek aan budget en capaciteit.
AP-voorzitter Aleid Wolfsen trekt wederom aan de bel, omdat de achterstand oploopt. Het duurt volgens de toezichthouder gemiddeld zes maanden voordat hij kan beginnen met de behandeling van een klacht.
"De achterstand is pijnlijk", zegt Wolfsen. "Stel je voor dat jij onterecht op een lijstje gezet bent waardoor je geen lening meer kunt krijgen, dat jij online aan de schandpaal genageld bent of dat jouw medische gegevens op straat liggen. Dan kun je niet een half jaar wachten in een rij met 9.800 anderen."
Van die 9.800 klachten komt een deel nog uit 2019. Dat kan volgens een AP-woordvoerder meerdere redenen hebben, bijvoorbeeld omdat een onderzoek nog loopt en de klacht daarom nog niet kan worden afgehandeld. "Een andere reden is dat we soms klachten bundelen die op elkaar lijken."
In 2020 kwamen er in totaal 25.590 klachten binnen over mogelijke misstanden met persoonsgegevens. Dat is iets minder dan in 2019, toen er 27.850 privacyklachten binnenkwamen, maar de AP noemt het aantal nog steeds "zorgwekkend hoog".
Sinds 2019 is het aantal klachten flink gestegen. In 2018 lag het aantal klachten nog op 15.600.
Een deel van de klachten die vorig jaar werd gemeld, had volgens de AP te maken met het coronavirus. Zo kwamen meldingen binnen van werkgevers die de temperatuur van werknemers opnamen of klachten over scholen die digitaal surveilleerden bij tentamens.