650 meer sterfgevallen dan verwacht in eerste week van 2021
Bijna vierduizend mensen zijn in de eerste week van 2021 overleden. Dat zijn er 650 meer dan verwacht voor de periode van 4 tot en met 10 januari, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vrijdag op basis van voorlopige sterftecijfers.
De oversterfte in de eerste week van dit jaar is iets lager dan in de laatste week van 2020. Van 28 tot en met 3 januari overleden ruim vierduizend mensen. Toen waren het er bijna achthonderd meer dan verwacht.
De oversterfte is nog altijd terug te zien in de oudste leeftijdscategorieën. Er overleden bijna 500 tachtigplussers meer dan verwacht en ruim 150 mensen meer dan verwacht in de leeftijdsgroep 65 tot 85 jaar.
Het CBS meldt dat de sterfte onder mensen die gebruikmaken van de Wet langdurige zorg (Wlz) lager is dan in de laatste week van vorig jaar, maar nog steeds relatief hoog is. Het gaat om zestienhonderd sterfgevallen in de eerste week van januari, tegenover zeventienhonderd in de voorgaande week.
De sterfte onder mensen die langdurig zorg ontvangen, was in de eerste week van 2021 26 procent hoger dan verwacht. Bij de overige bevolking was de oversterfte 15 procent. In de laatste week van 2020 ging het om een verschil van respectievelijk 39 en 15 procent.
Oversterfte sinds begin tweede golf
De sterfte in Nederland is sinds week 39 van vorig jaar hoger dan verwacht. In diezelfde periode werd duidelijk dat het land te maken had met een tweede golf in de coronapandemie. Het CBS meldt dat tijdens de tweede golf tot dusver iets meer dan 56.000 mensen zijn overleden. Dat zijn ongeveer 8.200 sterfgevallen meer dan verwacht.
De nieuwe cijfers over de oversterfte zijn gebaseerd op de dagelijkse berichten over het aantal overledenen die het CBS dagelijks krijgt. Deze berichten bieden geen informatie over de doodsoorzaak.