CBS: Sterfte tijdens eerste coronagolf in zuiden acht keer hoger dan in noorden
De eerste golf van coronabesmettingen heeft in de zuidelijke provincies beduidend meer levens geëist dan in de rest van het land. Dat het zuiden het zwaarst werd getroffen was op zich wel bekend, maar zuidelijk Nederland telde relatief gezien ruim acht keer zoveel coronaslachtoffers dan Noord-Nederland. Dat blijkt uit regionale cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag bekendmaakte.
Het CBS maakte eerder al bekend dat van begin maart tot eind juni in totaal meer dan 10.000 Nederlanders zijn overleden aan het virus. Vooral veel ouderen lieten het leven na te zijn besmet met corona. Van alle overledenen kwamen er volgens de nieuwe cijfers 3.861 uit Zuid-Nederland (Noord-Brabant en Limburg).
Afgezet tegen de totale bevolkingsomvang wordt duidelijk dat het zuiden veel zwaarder werd getroffen dan andere delen van het land. Per 100.000 inwoners overleden in Brabant en Limburg 105 mensen aan COVID-19.
In Oost-Nederland (Overijssel, Flevoland en Gelderland) stierven 57 mensen per 100.000 inwoners, in West-Nederland (Utrecht, Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland) 47. In Noord-Nederland (Groningen, Friesland en Drenthe) was de sterfte door corona het laagst met 12 overledenen per 100.000 inwoners.
De GGD-regio Hart voor Brabant, waar onder meer Tilburg, Den Bosch, Uden, Oss en Waalwijk onder vallen, telde de meeste sterfgevallen: ruim 1400. Ten opzichte van de bevolkingsomvang werd Zuid-Limburg ongeveer even hard getroffen.
Een op de zes sterfgevallen als gevolg van corona
Van alle Nederlanders die tussen begin maart en eind juni zijn overleden, stierf een op de zes aan de gevolgen van COVID-19. In de GGD-regio Hart voor Brabant was dat zelfs een op de drie.
Het CBS becijfert verder dat de meerderheid van de mensen die aan coronabesmetting zijn overleden langdurige zorg kreeg. Al eerder maakte het statistiekbureau bekend dat de gemiddelde leeftijd van overleden mannen bij wie COVID-19 was vastgesteld 79,7 jaar was. Vrouwen die stierven aan de ziekte waren gemiddeld 83,8 jaar. Dat is ongeveer in lijn met de gemiddelde levensverwachting van Nederlanders.