Huawei verkoopt smartphonemerk Honor onder druk van Amerikaanse sancties
De Chinese telefoonfabrikant Huawei verkoopt zijn smartphonemerk Honor, zo meldt het dinsdag in een verklaring. De verkoop volgt na "enorme druk" vanuit de Verenigde Staten; door sancties van het land kan Huawei geen computerchips kopen die voor smartphones nodig zijn.
"Deze keuze is gemaakt bij Honors industrieketen om zijn eigen voortbestaan te garanderen", schrijft Huawei in de verklaring.
De VS beschuldigt Huawei ervan een pion van de Chinese overheid te zijn. Met zijn producten zou China eenvoudig op het Westen kunnen spioneren. Bewijs dat dat daadwerkelijk gebeurt is nooit openbaar gemaakt. Huawei maakt ook apparatuur voor telecomnetwerken, maar leveringen aan westerse landen voor de nieuwe 5G-netwerken zijn als gevolg van de beschuldiging moeilijker geworden.
Honor wordt verkocht aan een consortium met de naam Shenzhen Zhixin New Information Technology, dat bestaat uit dertig partijen. Huawei zal geen aandelen hebben of zakelijke rol spelen in het nieuwe zelfstandige bedrijf, aldus de Chinese telefoonfabrikant.
Op die manier zou het nieuwe Honor-bedrijf de Amerikaanse sancties kunnen omzeilen, bijvoorbeeld door chips in te kopen van Amerikaanse chipfabrikanten.
Shenzhen Zhixin concurreert met Xiaomi en OPPO
Shenzhen Zhixin bestaat onder meer uit verschillende investeringsbedrijven van de Chinese overheid uit Shenzhen, de aan Hongkong grenzende miljoenenstad en smeltkroes voor de Chinese technologische industrie.
Huawei is na het Zuid-Koreaanse Samsung de grootste smartphonefabrikant ter wereld. Met Honor zette het bedrijf in op goedkopere smartphones die concurreren met onder meer modellen van de Chinese concurrenten zoals Xiaomi en OPPO.
Voor zijn eigen, duurste smartphones gebruikt Huawei zelf ontwikkelde chips. In augustus werd bekend dat ook de productie van die chips te lijden heeft onder de Amerikaanse sancties.