Ruim tweehonderd keer zoveel auto's in Nederland als in 1927
De afgelopen eeuw is het aantal personenauto's in Nederland toegenomen van 41.000 in 1927 tot ongeveer 8,5 miljoen dit jaar, zo blijkt uit een op donderdag gepresenteerde analyse van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Vanaf de late jaren vijftig neemt de autoverkoop in Nederland een vlucht. Tussen 1960 en 1965 verdubbelt het wagenpark zelfs in omvang tot ruim een miljoen personenauto's. De-urbanisatie en het forensenverkeer als gevolg daarvan worden aangewezen als oorzaak van het uitdijende wagenpark.
Slechts tweemaal wordt de gestage groei onderbroken. Allereerst in 1970 en later nog eens in 1974. Oorzaken geeft het CBS niet, maar het is goed mogelijk dat de in 1970 door het kabinet-De Jong ingestelde loonpauze en de oliecrisis van 1973 een rol spelen.
Inmiddels telt Nederland 494 personenauto's per duizend inwoners, wat bijna één voertuig op elke twee inwoners is. In 1950 waren dat er nog twaalf per duizend inwoners.