Koninklijke familie had miljoendeal met fiscus over erfbelasting prinses Juliana
De koninklijke familie heeft de erfbelasting over het nalatenschap van de in 2004 overleden prinses Juliana deels betaald met de inboedel van paleis Soestdijk die werd overgedragen aan het Rijk, meldt programma Zembla woensdagavond. De kunstwerken zouden daarna normaliter publiek toegankelijk worden, maar een deel werd dat niet.
Er werd gebruik gemaakt van een speciale regeling binnen de Successiewet. Onlangs meldde informeerde premier Mark Rutte de Tweede Kamer dat de inboedel aan de Staat was verkocht, maar uit vertrouwelijke documenten blijkt dat prinsessen Irene, Margriet en Christina ruim 7 miljoen euro aan kunst aan het Rijk schonken.
Zij konden daarna 120 procent van de getaxeerde waarde van de kunst aftrekken van de erfbelasting, ruim 8.8 miljoen euro. Toenmalig Koningin Beatrix hoefde als vorst geen erfbelasting te betalen.
Overgedragen kunstwerken moesten publiek toegankelijk worden
De Oranjes konden daarnaast diverse kunstwerken houden, terwijl die na de deal eigenlijk publiek toegankelijk hadden moesten zijn.
Een daarvan, een zeventiende-eeuws penschilderij van Willem van de Velde de Oude, kwam alleen in aanmerking voor de fiscale regeling als het daadwerkelijk aan een museum werd overgedragen, schrijft NRC. Het schilderij heeft een waarde van om en nabij de 2,5 miljoen euro.