Bekir E. krijgt 14 jaar cel en tbs voor doodschieten van scholiere Humeyra (16)
Bekir E. heeft vrijdag van de rechtbank in Rotterdam veertien jaar cel en tbs met dwangverpleging opgelegd gekregen voor het doodschieten van de zestienjarige scholiere Humeyra. De rechters stellen dat het niet gaat om moord, omdat de man in een opwelling en uit emotie heeft gehandeld.
Daarom is E. veroordeeld voor doodslag en dus vrijgesproken van moord. De rechtbank stelt dat zijn gedrag voorafgaand aan de schietpartij niet past bij het hebben van een vooropgezet plan, maar zegt wel dat de term 'executie' zich opdringt als wordt gekeken naar hoe de tiener is doodgeschoten.
Hoewel hij met een wapen achter de tiener aan heeft gerend, lijken zijn handelingen volgens de rechtbank te passen bij een handeling uit woede. "Korte tijd voor de schietpartij, toen je Humeyra zag, raakte je opgewonden", aldus de rechters. Meerdere kennissen van E. hebben beschreven dat de man een kort lontje had.
Man stalkte de scholier voor haar dood
Aan de periode voor de dood van de tiener ging stalking vooraf. E. trok het niet dat ze hem na een kortstondige relatie had verlaten en stuurde haar talloze berichten. Hieronder zaten ook doodsbedreigingen. Ook was hij boos dat Humeyra meerdere keren aangifte had gedaan en had gelogen over haar leeftijd, waardoor hij als pedofiel werd gezien.
Bij de man is een persoonlijkheidsstoornis vastgesteld. Tevens voldoet hij aan criteria van psychopathie. Hiermee is hij verminderd toerekeningsvatbaar. Omdat de kans op herhaling is ingeschat als hoog, krijgt de man tbs met dwangverpleging opgelegd.
Het Openbaar Ministerie (OM) zag moord wel bewezen en eiste onlangs twintig jaar cel en tbs met dwangverpleging. Het is nog niet bekend of beroep wordt aangetekend. Na het vonnis probeerde familieleden van de vrouw de zaal binnen te komen. E. was toen al weggeleid.
Meisje wilde weer aangifte doen van stalking
De dag van de schietpartij zou Humeyra weer aangifte gaan doen bij de politie. Toen ze haar school in Rotterdam verliet en E. zag, is ze weer terug gerend. Uiteindelijk is ze door meerdere schoten in de fietsenstalling om het leven gebracht.
E. zelf heeft eerder verklaard dat hij op de dag van de moord zowel softdrugs als cocaïne had gebruikt en dat hij daarom niet goed wist wat hij deed. Daarbij stelde advocaat Jacques Taekema dat zijn cliënt in een roes handelde, en daarom veroordeeld moest worden voor doodslag in plaats van moord.
Hierbij noemde hij ook dat onder meer de politie fouten heeft gemaakt in de periode voor de dood van de scholiere. Uit een rapport van de Inspectie van Justitie en Veiligheid bleek dat het meisje keer op keer om hulp vroeg, maar dit niet kreeg. De rechtbank benoemt dat dit rapport een frustrerend beeld oplevert, maar dat de schuld volledig bij E. ligt.
De nabestaanden van de tiener waren, net zoals bij de vorige zittingen, in groten getale aanwezig. Zij konden op een tribune de zitting volgen. Op vele gezichten was afschuw te zien over het vonnis.