Nederlandse arts overleden aan zeldzaam lassavirus, tweede arts besmet
De Nederlandse arts die in Sierra Leone de zeldzame lassakoorts opliep, is zaterdagavond overleden in het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), schrijft minister Bruno Bruins (Medische Zorg) zondag in een brief aan de Tweede Kamer.
De arts is vorige week gerepatrieerd en in strikte isolatie opgenomen in het LUMC. Volgens de stichting Masanga Nederland zou de arts hebben gewerkt in het ziekenhuis Masanga in Sierra Leone.
Bruins meldt dat een tweede Nederlandse arts in het Afrikaanse land met het lassavirus is besmet. Deze arts is zaterdag gerepatrieerd en direct na aankomst op Schiphol met een speciale ambulance overgebracht naar het Calamiteitenhospitaal in het UMC Utrecht (UMCU). Waarschijnlijk hebben beide artsen de ziekte opgelopen tijdens een medische behandeling.
De tweede arts is niet naar het ziekenhuis in Leiden gebracht, omdat de veiligheidsmaatregelen voor de eerdere patiënt in het LUMC een groot beslag legden op de beschikbare capaciteit.
In het betreffende ziekenhuis in Sierra Leone werken nog enkele andere Nederlandse zorgverleners. Zij zouden contact hebben gehad met de twee besmette artsen en ook worden gerepatrieerd. Hun werk in het ziekenhuis wordt overgenomen door andere artsen.
Ziekte verspreidt zich niet snel
Lassakoorts is een besmettelijke ziekte, veroorzaakt door het lassavirus. De meeste mensen krijgen geen klachten, maar ruim 10 procent van de mensen kan ernstige klachten krijgen. Dit begint met koorts, maar onder meer hoofdpijn, spierpijn, diarree en buikpijn kunnen volgen. In een zeldzaam geval is de ziekte dodelijk.
In Afrika komt de ziekte relatief veel voor, maar in Nederland is lassakoorts zeer zeldzaam. Er is geen vaccin tegen het virus.
De ziekte verspreidt zich in Nederland niet snel. "Mensen kunnen alleen besmet raken via besmette lichaamsvloeistoffen (bloed, ontlasting, urine, sperma, braaksel of zweet) van een zieke patiënt. Het virus kan niet via de lucht (niezen, hoesten) worden verspreid", schrijft het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).