OnePlus en Oppo mogen geen telefoons meer verkopen in Duitsland

De Chinese merken Oppo en OnePlus zijn deze week gestopt met de verkoop van telefoons in Duitsland. De bedrijven verloren een rechtszaak die Nokia had aangespannen over patenten rond 4G en 5G.

OnePlus en Oppo mogen door de verloren rechtszaak zelf geen telefoons meer verkopen in Duitsland. Andere winkelketens mogen de smartphones van beide Chinese merken nog wel aanbieden totdat ze door hun bestaande voorraden heen zijn. Duitse gebruikers van de Oppo- en OnePlus-telefoons krijgen nog wel updates en ondersteuning, beloven de bedrijven tegenover Duitse media.

In Nederland heeft Nokia een vergelijkbare zaak lopen tegen Oppo en OnePlus, die op hun beurt het Finse bedrijf in Nederland ook hebben aangeklaagd. Het is nog niet duidelijk wanneer de Nederlandse rechters uitspraak doen. De partijen zijn in nog zeven andere landen ook in een juridische strijd verwikkeld. Oppo en OnePlus zijn beide onderdeel van het Chinese concern BBK Electronics.

Nokia-licenties
Nokia had de Chinese merken aangeklaagd omdat ze inbreuk maakten op meerdere van zijn patenten over 4G- en 5G-netwerktechnologie. Oppo en OnePlus wilden het door Nokia gevraagde bedrag voor licenties niet betalen. De Chinese bedrijven noemen het een 'onredelijk hoge vergoeding' voor het verlengen van eerdere contracten over de patenten.

Oppo en OnePlus zetten hun activiteiten op de Duitse markt voort. "We werken proactief samen met de relevante partijen om de lopende kwestie op te lossen", stelt Oppo.

Asus-telefoons
Het komt vaker voor dat fabrikanten door juridische kwesties rond patenten de verkoop van apparaten in bepaalde landen moeten staken. Zo stopte Asus in 2019 na een verloren rechtszaak met de verkoop van smartphones in Nederland. Inmiddels zijn de Asus-smartphones wel weer in ons land verkrijgbaar.