Dit zijn de beste tv's om op te gamen
Wie een beetje wil gamen, kiest daar de juiste televisie voor uit. En als we naar onze uitgebreide tests kijken, is LG op het moment koning op de gaming-tv-markt.
Dit is een ingekorte versie van een uitgebreidere vergelijking. Je leest op BestGetest meer over de beste gaming-tv’s.
Een televisie uitzoeken voor gaming heeft veel gemeen met het kiezen voor een tv voor films en series. Je kijkt naar de resolutie, het schermformaat en de kijkafstand van bank naar televisie. Dan kies je wellicht voor oled voor de zwartwaarden en je let goed op de smart tv-functies. Er zijn echter ook aspecten aan een televisie die bij gamen net iets belangrijker zijn. Input Lag en HDMI 2.1 zijn daarbij wat ons betreft het belangrijkst.
HDMI 2.1
HDMI 2.1 staat boven aan de lijst. Hierdoor krijg je toegang tot hogere framerates en variabele refresh rate (vrr). Het scherm vernieuwt hierdoor supersnel, waardoor de kans dat je beeld schokkerig wordt aanzienlijk verkleint en het spel zeer soepel loopt.
Met de nieuwste game-consoles zoals de Playstation 5 en Xbox Series s en Series X ontgrendel je hierdoor een geheel nieuwe spelervaring. De meeste tv’s met HDMI 2.1 ondersteunen een verversingsfrequentie van 120 beelden per seconde, wat volgens ons de nieuwe standaard is.
Input lag
Daarnaast is de input lag belangrijk. Dit geeft aan hoelang de televisie nodig heeft om signalen die via HDMI binnenkomen op het scherm te tonen. Als de input lag hoog is, dan merk je dat aan een vertraging tussen wat je invoert op je controller en de actie op het scherm. Een input lag van lager dan 20 ms is wat ons betreft optimaal.
De beste keuze: LG OLED55C16LA
Wij vinden de LG C1 de beste televisie om op te gamen. Deze tv heeft een strak design en een handige afstandsbediening, maar uiteindelijk gaat het natuurlijk om de beeldkwaliteit tijdens het gamen. Die is geweldig en leent zich met zijn hoge verversingssnelheid, lage inputlag en 4K-resolutie zeer goed voor een spelletje.
De televisie heeft achterop meerdere poorten, waaronder vier voor HDMI. Er is dus genoeg ruimte om diverse gameconsoles aan te sluiten. Zeker omdat alle HDMI-aansluitingen geschikt zijn voor 4K-beelden met maximaal 120 beeldjes per seconde, door het ondersteunen van HDMI 2.1. Een paar van die poorten zit op een wat onhandige plek aan de achterzijde, mocht je de televisie op de muur monteren, maar er zijn voor de meest belangrijke poorten twee verschillende locaties gevonden.
Er zijn op de LG C1 ook speciale gamingopties te vinden zoals het Game Dashboard. Hierbij kun je onder andere zien wat de huidige framerate is, hoe het zwartniveau is ingesteld en de low latency-modus in- of uitschakelen. Ook is er een Game Optimizer aanwezig, waarin je alle instellingen kunt zien die van belang zijn voor gamers. Uit onze test blijkt dat de inputlag van de C1 erg goed is. Daarnaast heeft deze televisie variabele refreshrates (van tussen de 20 en 120 fps), wat perfect is voor gamers.
Iets goedkoper: LG OLED55A16LA
Waar de C1 de ultieme winnaar is als het gaat om geweldige gametelevisies, heeft LG ook een iets goedkopere A-reeks. De LG A1 is een oled-televisie en heeft dus hetzelfde uitstekende contrast. Net als zijn grote broer heeft de televisie wel een lage inputlag, maar moet het stellen zonder HDMI 2.1-poorten, waardoor je framerates niet hoger gaan dan 60 beelden per seconde. Ook mist Atmos en DTS en is de piekhelderheid wat laag wanneer je in hdr gamet.
Ondersteuning voor variabele framerates is er niet, maar wel voor HDR. Wel missen we bij deze televisie goede audio: de geluidskwaliteit is weinig bijzonder. Dat komt omdat dit toestel maar 20 Watt levert over twee luidsprekers. Hier spelen de twee pootjes het toestel toch parten, want ook hier wordt het geluid naar beneden uitgestraald. Alleen mist het de brede poot in het midden die het geluid mooi naar je oren kan sturen, waardoor er weinig van overblijft.