Nieuwe technieken voor borstkankercontrole pas over jaren beschikbaar
Het kan nog zeker zes jaar duren voordat in het kader van het bevolkingsonderzoek naar borstkanker standaard een MRI-scan of CEM kan worden aangeboden aan vrouwen met zeer dicht borstweefsel. Deze vrouwen maken meer kans op de ontwikkeling van tumoren en die zijn ook nog eens moeilijker te ontdekken met een röntgenfoto, ook bekend als mammografie. Staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid) schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat er nog onderzoek loopt en de voorbereiding van een eventuele invoering veel tijd in beslag neemt.
Uit onderzoek blijkt dat een MRI-scan beter werkt bij dicht borstweefsel. De Gezondheidsraad ziet echter ook nadelen ervan, zoals onnodige doorverwijzingen en behandelingen. De raad pleit ervoor om eerst nog onderzoek te doen naar een andere techniek, CEM. Dat is een soort mammografie waarbij net als bij een MRI-scan gebruik wordt gemaakt van contrastvloeistof. De onderzoeken naar beide screenings nemen volgens Blokhuis enkele jaren in beslag.
Tweede Kamer roept op om MRI aan te bieden
De Tweede Kamer heeft in een motie erop aangedrongen deze vrouwen een MRI aan te bieden. Jaarlijks worden ongeveer 2 miljoen vrouwen boven de 50 jaar uitgenodigd voor een borstonderzoek. In beginsel is dat eens per twee jaar maar door een personeelstekort is dat opgelopen naar een interval van drie jaar. Naar schatting een op de twaalf vrouwen, 160.000 vrouwen, hebben zeer dicht borstweefsel.
Op zoek naar een tussentijdse oplossing
Omdat het nog lang duurt voordat de nieuwe technieken breed kunnen worden ingevoerd, bekijkt Blokhuis nu of er mogelijk een tijdelijke aanvulling op de mammografie mogelijk is voor de betrokken vrouwen, als die dat willen. Tegelijk wijst hij erop dat het niet zeker is of dit lukt, omdat er een beroep wordt gedaan op zorgpersoneel, waar al een schaarste aan bestaat.