NCTV en minister wisten dat ze data van burgers niet mochten verzamelen
De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) en demissionair minister van Justitie Ferd Grapperhaus (CDA) wisten dat ze in strijd met de wet handelden bij het verzamelen van privacygevoelige gegevens over burgers. Dat blijkt uit interne documenten die NRC bij de overheid heeft opgevraagd en ingezien.
De documenten werden vrijgegeven nadat NRC in april had gemeld dat de NCTV op grote schaal informatie over burgers had verzameld en verspreid. Ook volgde de instantie met nepaccounts activisten en politieke campagneleiders, terwijl daarvoor geen bevoegdheid was.
Juristen van de NCTV hadden gezegd dat het verzamelen, analyseren en opslaan van informatie van burgers "onrechtmatig" gebeurde. Juristen van Grapperhaus kwamen in februari tot dezelfde conclusie. Toch hield hij tijdens een Kamerdebat in juni vol dat de NCTV de wet niet had overtreden.
Uit onderzoek van NRC blijkt dat juristen en beleidsmedewerkers de afgelopen jaren vaak aandacht hebben gevraagd voor het "al dan niet hebben van grondslagen voor bepaalde activiteiten". Daar zou onvoldoende reactie op zijn gekomen, omdat de NCTV "tijdelijk in gaten" moet kunnen springen en dat door een afgebakende wettelijke taak lastiger zou worden.
De NCTV is opgericht om informatie tussen overheidsinstanties te coördineren. Ook analyseert de NCTV de nationale veiligheid. Maar nergens zou goed zijn vastgelegd hoever de instantie mag gaan in het verzamelen van informatie over personen en organisaties.
In Nederland hebben alleen de politie en de geheime dienst bevoegdheden om personen online te volgen. Zij moeten hierover verantwoording afleggen bij toezichthouders. De NCTV heeft die bevoegdheden niet en legt hier dus ook geen verantwoording over af.