TikTok voor de rechter: moet het bedrijf miljarden betalen aan kinderen?
De Consumentenbond en de stichting Take Back Your Privacy (TBYP) eisen van TikTok een schadevergoeding van 2 miljard euro, zo werd dinsdag bekend. De organisaties vinden dat de app onrechtmatig gegevens van kinderen verzamelt en verhandelt. Hoe zijn ze op dit bedrag gekomen en heeft zo'n rechtszaak kans van slagen?
1. Heeft deze rechtszaak kans op slagen?
Dat is een vraag die lastig te beantwoorden is, zegt Tim Walree, onderzoeker en docent Privaatrecht en Technologie aan de Radboud Universiteit. "Er is nog niet eerder een dergelijke collectieve zaak van deze omvang geweest. Een Nederlandse rechter heeft nog niet eerder zo'n enorm bedrag toegekend in een collectieve zaak met betrekking tot privacy."
Hij acht het aannemelijk dat de rechter concludeert dat TikTok de privacyregels van de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) overtreedt. Wel twijfelt hij over de hoogte van de schadevergoeding. "Ik kan me voorstellen dat een rechter terughoudend is bij zo'n enorm bedrag."
Bovendien ligt in Nederland de lat voor het uitkeren van een schadevergoeding hoog, zegt Walree. "De Europese maatstaaf zou ervoor kunnen zorgen dat de lat minder hoog wordt. Die maatstaf wordt wel steeds belangrijker, maar veel rechters kijken vaak nog door een Nederlandse bril."
Daarnaast is het lastig om vast te stellen of kinderen daadwerkelijk schade hebben geleden. "Het gaat hier om immateriële schade, die in principe altijd met concrete gegevens moet worden aangetoond. Dat kan best lastig zijn." Wel kan een rechter een uitzondering maken. "Als een schending zo ernstig is, kan een rechter concluderen dat immateriële schade aannemelijk wordt geacht."
2. Stel, de rechter kent de schadevergoeding van 2 miljard euro toe. Hoe komt het geld dan bij de slachtoffers terecht?
De rechter bepaalt hoe het bedrag uiteindelijk bij de slachtoffers terechtkomt, legt advocaat Damiën Berkhout uit. Hij staat TBYP bij tijdens het proces. Wel hebben de organisaties al plannen gemaakt.
"Wij hebben aan de rechter voorgesteld het geld te bewaren op een zogenoemde derdengeldenrekening. Deze rekeningen zijn bedoeld om het geld tijdelijk te bewaren totdat de slachtoffers gevonden zijn. Ze worden beheerd door advocaten of notarissen."
Daarnaast is het de bedoeling dat een onafhankelijke organisatie op zoek gaat naar de slachtoffers. "Ook kunnen mensen, in dit geval de ouders van de kinderen, zichzelf melden. De organisatie checkt dan of ze daadwerkelijk recht hebben op de schadevergoeding. Zij mogen vervolgens alleen aan het geld komen met toestemming van de stichting."
3. Waar is dat bedrag van 2 miljard euro op gebaseerd?
Het bedrag bestaat uit twee onderdelen, vertelt Berkhout. Het eerste onderdeel is een vast bedrag, dat afhankelijk is van de leeftijd van het kind:
1.500 euro voor elk kind dat jonger dan dertien was toen het de app begon te gebruiken;
1.250 euro voor elk kind dat dertien, veertien of vijftien was toen het de app begon te gebruiken;
1.000 euro voor elk kind dat zestien of zeventien was toen het de app begon te gebruiken.
"Deze bedragen zijn gebaseerd op eerdere Nederlandse en Europese uitspraken waarbij de privacy van consumenten werd geschonden. Daarbij hebben we ook gekeken naar de ernst van de schending en de duur van de inbreuk", legt hij uit.
Het tweede onderdeel is een variabel bedrag. "De hoogte hiervan is afhankelijk van de winst die TikTok heeft gemaakt door het onrechtmatige handelen. We weten wat de totale winst is, maar hoeveel winst TikTok precies in Nederland heeft gemaakt, kunnen we pas berekenen als het bedrijf de boeken opendoet. We dringen er bij de rechter op aan dat TikTok deze informatie vrijgeeft."
4. Wanneer vindt de rechtszaak plaats?
Dat kan volgens Berkhout nog wel even duren. De dagvaarding is maandag naar het platform opgestuurd. "We moeten TikTok eerst de tijd geven om de dagvaarding te lezen en zich te melden bij de rechtbank. Daarna zal het enkele maanden duren voordat de eerste zitting plaatsvindt. De definitieve uitspraak verwacht ik dan niet binnen een jaar."