Toegangstesten voorlopig gratis, kabinet wil mogelijkheid voor eigen bijdrage openhouden

Voorlopig zullen toegangstesten voor activiteiten en evenementen gratis zijn, maar het kabinet wil wel de mogelijkheid openhouden om 'op enig moment' een eigen bijdrage te vragen. Demissionair zorgminister Hugo de Jonge zei in een Kamerdebat dat hij het de vraag vindt of de belastingbetalers allemaal moeten meebetalen voor degenen die bijvoorbeeld later dit jaar naar een festival gaan.

'Het lijkt me onverstandig als je de mogelijkheid voor de invoering van een eigen bijdrage onmogelijk maakt in de wet', aldus De Jonge. Hij verwacht dat toegangstesten op termijn vooral nog voor evenementen nodig zijn waar veel mensen samenkomen. Voor andere gelegenheden is het mogelijk dan al niet meer nodig. Voor die grote bijeenkomsten wil de minister de optie van een eigen bijdrage houden.

Geen eigen bijdrage
Een Kamermeerderheid stuurt erop aan om geen eigen bijdrage te heffen. Zo'n bijdrage zou een kwart zijn van de kostprijs van een toegangstest, vooralsnog ongeveer 7,50 euro. Maar omdat de prijs van de testen daalt, denkt De Jonge dat de eigen bijdrage dan ook daalt, bijvoorbeeld naar 5 euro.

Minder overheidssteun
Als mensen al direct moesten meebetalen aan testen zouden ze wellicht niet naar restaurants of evenementen gaan, en dan zou de heropening van de samenleving 'niet gaan vliegen', denkt De Jonge. Hij hoopt dat bedrijven en instellingen weer eerder 'op eigen benen kunnen staan' als ze deels open kunnen met toegangstesten, waardoor ze minder overheidssteun nodig hebben.

Toegangstesten in juni
Het kabinet streeft ernaar toegangstesten voor activiteiten en evenementen in juni in werking te laten te treden. Dat zou betekenen dat mensen vanaf dan een recente negatieve coronatest moeten tonen voordat ze ergens naar binnen mogen of ergens aan kunnen deelnemen. Maar om de de verdere wettelijke uitvoering te regelen is nog zeker een paar weken nodig.

Reacties op Instagram
Op ons Radar Instagramaccount vroegen wij wat jullie vonden van dit plan en de reacties zijn wisselend. Zo vindt Lars dat het een consequentie is van het (vroeger) openen van de samenleving: 'De maatschappij vervroegd open kan niet zonder bepaalde voorwaarden. Als testen en daarvoor geld uitgeven daarin een voorwaarde is, is dat iets waarmee we moeten leven.'

Vera ziet het niet zitten: 'Het creëert extra grenzen voor mensen die het niet breed hebben en dat is oneerlijk', schrijft ze. Iemand anders vraagt zich af waarom het in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk gratis kan en in Nederland niet. De meningen zijn dus aardig verdeeld.